OPINIE:
Gestolen
geschiedenis

Door Mathieu Segers – In Boedapest demonstreren duizenden al weken voor hun individuele rechten en vrijheden, en uit angst voor de sinistere werelden die oprukken achter de Hongaarse façade van christendemocratie en burgerschap. Zo weren zij zich tegen een nieuwe verduistering van hun geschiedenis.

De demonstranten in Boedapest strijden een cruciale strijd voor het Europa van vandaag. Toch zal hun protest niet meer worden dan een voetnoot in de Europese parlementsverkiezingen van dit voorjaar; dat wil zeggen zo lang dode lichamen in de straat uitblijven. De Hongaren beseffen dat. Zoals men in heel Oost-Europa weet dat men voor zichzelf moeten opkomen of buigen. Daarbij is de straat nader dan de stembus van de EP-verkiezingen. Dat leert hun Europese geschiedenis.

In de oneindige mix van misdaad en medemenselijkheid die de Europese geschiedenis is, valt de waarheid maar moeilijk te vinden. Pogingen om dat toch te doen zijn energievretend, brengen twijfel en maken onzeker. Om die pogingen toch te kunnen ondernemen moet je niet al te bang hoeven zijn. Daarom vergt het zoeken van waarheid in de geschiedenis bescherming, door academische vrijheid, rechtsstaat en democratie.

Maar een alternatief is er ook altijd. De geschiedenis kan ook ontvoerd worden, en verkracht, en opgesloten; de complexiteit achter slot en grendel. En dat is helemaal niet zo moeilijk, misschien zelfs wel makkelijk. Zo creëer je tenminste wat houvast en orde. Een standbeeld is tastbaar en zichtbaar, en ordent de gedachten. Het opium van de geschiedenis en haar familieverhalen doet dat niet.

De getroebleerde Europese geschiedenis kan zoveel eenvoudiger gemaakt worden met wat weglatingen en accenten. Op die manier komen simpele oplossingen voor ingewikkelde problemen in beeld, van muren tot volksscheidingen. En hoewel die schijn van eenvoud vals is, kan hij o zo gemakkelijk onweerstaanbaar en alles-verblindend worden. Als men hier ergens ervaring mee heeft, dan is het in Oost-Europa.

In 1989 beleefde Victor Orbán zijn eerste grote publieke optreden, toen de stoffelijke resten van Imre Nagy werden verplaats naar het Vertanuk-plein in Boedapest, vlakbij het parlement. Zo voltooiden de Hongaren destijds de rehabilitatie van Nagy, hun voormalige minister-president, die zich in 1956 ontpopt had als de icoon van de Hongaarse opstand.

Die opstand was begonnen op 23 oktober 1956. Die avond en nacht vond er een grote demonstratie plaats. De demonstranten trokken het standbeeld van Stalin omver en vielen de staatsradio aan. Dit was het begin van een wild verzet tegen een totalitair systeem. Het was een opstand tegen de Sovjetpoging om de Hongaarse geschiedenis te stelen. De vrijheidsstrijders schopten het tot ‘Time Person of The Year’. Dat was cynisch. Want toen het erop aan gekomen was, en de tanks van het Rode Leger de straten waren ingerold, bleek de Amerikaanse vrijheidspropaganda slechts een onverschillige reclamecampagne, praatjes.

Nagy werd veroordeeld voor landverraad en onder de grond gestopt. En de nieuwe, eenvoudige, geschiedenis ging voor de Hongaren weer gewoon verder: Cold War en de goelags, een oorlog die wij alleen uit films kennen. De Hongaren werd zo nogmaals duidelijk gemaakt hoe hopeloos de Europese toekomst kan zijn voor een volk dat afhankelijk is van andere, grotere, machten.

Het is een les die immuun maakt voor idealistische praatjes en doen alsof. Voor zij die deze les moesten leren is troost waarschijnlijk het enige dat er echt toe doet. En die troost kan paradoxaal genoeg alleen komen via de Europese geschiedenis, het zoeken van de waarheid daarin.

Tijdens de afgelopen kerstvakantie liet president Orbán het standbeeld van Nagy verwijderen en overbrengen naar een minder prominente plek. Volgens de officiële berichtgeving past dit in het restauratieplan om het Vertunak-plein terug te brengen in pre-1945 glorie. Het beeld wordt vervangen door een beeld van Miklós Horthy, de autoritaire regent die Hongarije vanaf 1920 met harde hand bestuurde en het land verbond met het Europese fascisme. Orbán is een Europese christendemocraat en een realist. Een realist die Poetin nodig heeft.

Het is de verantwoordelijkheid van de Europese christendemocraten om hier een punt van te maken, en echte politiek mee te bedrijven, voordat de Hongaarse geschiedenis opnieuw gestolen wordt. Het belang van de EP-verkiezingen valt daarbij in het niet. En er is haast bij.

Column werd in De Groene Amsterdammer gepubliceerd op 9 januari 2019.

Mathieu Segers is hoogleraar hedendaagse Europese geschiedenis en integratie (University College Maastricht), schrijver en columnist. Wie in Maastricht ‘Europa’ zegt ontkomt niet aan de verhelderende en diepgravende inzichten over Europa van Mathieu Segers. In zijn boeken, columns en radiocommentaren, in o.a. het Financieel Dagblad, De Groene Amsterdammer en Radio 1, volgt hij de ontwikkelingen in Europa op de voet, en weet deze als geen ander met de Europese geschiedenis en literatuur te verbinden.

Boeken van Segers zijn Reis naar het continent, Waagstuk Europa, Europa en de terugkeer van de geschiedenis.

ENG:
Mathieu Segers
(Maastricht) is professor of contemporary European History and Integration at Maastricht University, commentator on European Affairs (Dutch public radio and tv) and columnist (De Groene, FD). His books: Reis naar het continent, Waagstuk Europa, Europa en de terugkeer van de geschiedenis.